Hallo daar, Southern Belles en Southern Boys. Nee sorry, foutje, dat doen we even opnieuw: Hey Y’all! Hier even een briefje aan jullie vanuit het verre en koude Nederland. Jullie kennen mij niet, en in alle eerlijkheid moet ik bekennen dat ik jullie dus ook helemaal niet ken. Of misschien alleen een heel klein beetje, namelijk uit series als Hart of Dixie en Nashville. Hoe is het met jullie?
Het is lastig uit te leggen waarom ik jullie schrijf. Het klinkt gek, maar ik mis jullie. En dat zonder dat ik jullie ooit gezien heb, zonder dat ik ooit in jullie regio geweest ben zelfs. Maar ik mis het sfeertje uit de series die ik net noemde. Nu Hart of Dixie alweer enige tijd gestopt is en Nashville even een seizoenstop heeft, betrap ik mezelf op heimwee. Of zou dat niet het juiste woord zijn? Ik weet het woord voor terugverlangen naar een plek waar je nog nooit geweest bent, niet. Jullie misschien?
Voor mij stond de zomer van 2016 in het teken van de ontdekking van de serie Nashville. Het moet gezegd: zodra Lieftallige Echtgenoot 42 minuten of langer zijn hielen lichtte en ik geacht werd mezelf te vermaken, deed ik nog een afleveringetje Nashville. Of zes. Meekijken doet ie niet wegens geen behoefte aan een overdosis countrymuziek.
We zouden kunnen zeggen dat het weer soms niet meezat, of misschien ook juist wél, als je een seriemarathon van plan bent. Maar ook met zeven zonnen aan de hemel moest ik me soms bedwingen om me niet op de bank te nestelen voor een dosis countrymuziek en southern accents. Nog nooit heb ik meegemaakt dat ik zó opging in een serie. In een redelijk kort tijdsbestek heb ik er vier seizoenen doorheen gejaagd. Mijn grote hobby slapen moest het onderspit delven: door mijn wimpers heen kijkend keek ik toch nog één aflevering. En nog één. En nog één.
Ook met de serie Hart of Dixie, ook wel uitgezonden onder de naam Dr. Hart, had ik hier last van. Dat sfeertje. Het ons-kent-ons-wereldje. Het accent. De muziek! Dat overal waar je binnenstapt countrymuziek wordt gedraaid, en meestal zelfs live gespeeld. Ik bespeurde een lichte neiging tot linedancing bij mezelf, die ik gelukkig in bedwang heb weten te houden. Het einde van deze serie deed bijna net zo zeer als het einde van As the World Turns.
Ik mis het om deel uit te maken van een wereldje waarin iedereen elkaar met Hey Y’all begroet. Als ik dat hier in mijn dorp zou doen, zou ik aangekeken worden alsof ik een stel lama’s aan het uitlaten ben. Jullie moeten blij zijn dat jullie dáár wonen! Alhoewel… als jullie daar iets doen wat anderen gek vinden, dan worden jullie er net zo goed op aangekeken. Het lijkt een klein wereldje in de series met een hoop sociale controle. Om gek van te worden! En toch heb ik heimwee naar Bluebell en naar Nashville. In Bluebell naar de diner van Wade. Naar het ‘No, no, no, no, no!’ van burgemeester Lavon. Naar het feit dat er een krokodil als huisdier wordt gehouden. Naar het kneuterige gedoe. In Nashville naar the Bluebird Cafe, naar het taaltje, en naar het feit dat alles en iedereen zich daar dag en nacht met muziek lijkt bezig te houden.
Zou er zo iets bestaan als heimwee naar een plek of cultuur waar je nog nooit geweest bent? Een rondje googelen levert een antwoord: nee. Heimwee draait juist om het terugverlangen naar iets, en dat woordje terug, dat is dus niet van toepassing. Misschien was ik in het vorige leven een country girl, met cowboylaarzen, gitaar en een snik in mijn stem. Jammer dat ik daar niks meer van weet.
Nu ben ik alweer een tijdje bij het einde van seizoen 4, en dus ben ik helemaal bij en heb ik eindelijk mijn leven terug… maar wat mis ik jullie, de inwoners van Nashville. Hopelijk snel tot seizoen 5. Tot die tijd stort ik mij op de nieuwe serie The Ranch!